Een buitenlandstage is extra leerzaam – Silke Bekhuis
5 maanden woonde Silke (20) op Fuerteventura. Ze liep daar voor haar opleiding Travel & Hospitalty/Frontoffice manager een allround stage bij Clubhotel Robinson. Ze blikt terug op een pittige en ook mooie tijd, waarin ze veel buitenlandse vrienden maakte en met hen genoot van de Spaanse zon.
Voorbereidingen
‘Ik liep mijn eerste stage in Nederland en het leek me leuk om voor mijn eindstage naar het buitenland te gaan. Via het bemiddelingsbureau Istage solliciteerde ik bij Robinson. Dit is een Duitse organisatie met 26 resorts in 12 landen. Ik koos uiteindelijk voor Clubhotel Robinson ‘Jandia Playa’ op Fuerteventura, dat is één van de Spaanse Canarische Eilanden in de Atlantische Oceaan.’
‘Op het vliegveld van Düsseldorf kwam ik al gelijk in contact met een Nederlandse studente van een ander ROC, die naar dezelfde stageplek ging. Vanaf dat moment reisden we samen en tijdens mijn verblijf deelde ik een kamer met haar. Eigenlijk werden we al best snel vriendinnen.
De eerste week
‘In de eerste week werd ik wel een beetje in ‘t een diepe gegooid. In het begin was het wel heel erg wennen, want mijn Duits was eerst gewoon niet al te goed en in het Clubhotel is de voertaal Duits. Om die taal beter onder de knie te krijgen, startte ik met het ontvangen van gasten en het serveren van drankjes. Het is een adults only hotel, waardoor ik veel te maken kreeg met stelletjes, vrijgezellen en zakenlui.’
‘Toen dat Duits spreken steeds beter ging, durfde ik ook meer en kreeg ik andere frontoffice werkzaamheden te doen. Zo stond ik bijvoorbeeld achter de receptie waar ik gasten incheckte. Ik kreeg daarbij te maken met nieuwe gasten, maar er waren ook heel veel vaste gasten die drie keer per jaar naar een Robinson clubhotel gaan. Daarnaast controleerde ik betalingen, checkte de mail en beantwoordde telefoontjes. Ook hielp ik gasten waarvan de koffers niet waren aangekomen. Het was heel gevarieerd werk en ik vond het leuk om te doen.’
Buffelen en zeker ook chillen
‘Mijn werkweek zag er als volgt uit: ik werkte 5 dagen en had 2 dagen vrij. Het was gewoon iedere dag buffelen; je werd 8 uur ingeroosterd en na die werkdag had je nog extra diensten zoals het opbouwen van een show, healthy cocktails uitdelen of het buffet openen. Daardoor kom je uit op 13 à 14 uur per dag draaien. In ruil hiervoor krijg je onder andere gratis drankjes. Zo vermaakten wij gasten aan de bar en kletsten wij gezellig met ze.
Wanneer ik tijd voor mezelf had, dan ging ik sporten of lekker naar het strand. Er was zoveel leuks te doen! Zo verkende we met een huurauto het eiland en we zijn vaak uit eten geweest. Dat deed ik samen met andere Nederlandse studenten die iets verderop stageliepen en met mijn Duitse vrienden, collega’s uit mijn hotel.
Openstaan voor nieuwe ervaringen
‘Je moet wel echt openstaan voor het onbekende. Zo moest ik Duits praten en Duitse vrienden maken, want anders dan heb je het wel zwaar. Ik vond het in het begin wel echt heel pittig: ik moest zelf uitzoeken waar ik moest zijn, wat ik moest doen en er werd daar nauwelijks Engels gesproken. Ik moest me dan echt overgeven aan de Duitse taal.’
‘Ik genoot ervan om tijdens partyweken met het hele team alles van het begin tot het eind op te zetten en ervoor te zorgen dat alles tiptop verzorgd en in orde in was. Die gezamenlijke voorbereidingen met de groep vond ik heel erg leuk.’
Gewoon doen!
‘Ik moet zeggen: je komt jezelf wel echt tegen hoor, als je alleen in het buitenland bent en op eigen benen moet staan. Maar ik zei tegen mijzelf: ik ga het gewoon doen! Ik ben trots op mezelf dat ik heb doorgezet en dat ik daar gewoon ben gebleven. Ik ben als mens ontzettend gegroeid en heb veel geleerd. Ik spreek nu vloeiend Duits. Ik had nooit verwacht dat ik dat zou kunnen. Daarnaast ben ik nog flexibeler. De ene dag sta je in de keuken, de andere dag sta je op het podium, en de dag erna sta je boze gasten met coronaklachten te woord. Het is heel gevarieerd werk en het is echt wel pittig, maar het is tegelijkertijd ook heel leuk en uitdagend!
